banner

Zonder motoriek kun je niet laten zien wat je weet.

psychomotorische ontwikkeling

Motoriek is de sleutel voor een kind om in het onderwijs te kunnen bewijzen wat het weet, ziet, kent en begrijpt wat het geleerd heeft.

Van kleins af aan gaat elk kind door verschillende ontwikkelingsfases heen. Het is van groot belang dat elke fase goed doorlopen is. Tijdens de ontwikkeling worden er namelijk combinaties gemaakt van waarnemen, leren en bewegen. Als de psychomotorische ontwikkeling niet goed is doorlopen kunnen er lees-, reken-, spel- schrijf- en begripsproblemen ontstaan, wat je terugziet bij de verschillende schoolse vakken. Uiteindelijk kan dit zelfs gedragsproblemen veroorzaken. Bewegen en waarnemen moeten soepel op elkaar afgestemd zijn om vaardigheden en schoolse taken in tijd en ruimte vlot te laten verlopen.

Waar zit het kind in zijn ontwikkeling? Waar is hij/zij vastgelopen en hoe kan hij/zij weer verder ontwikkelen.

Na de screening en testonderzoeken gaan we aan de slag met de verschillende onderdelen die uit de test naar voren zijn gekomen, zoals:

• Fijne motoriek en grote motoriek

Wanneer deze goed ontwikkeld is dan kunnen taken vlot en nauwkeurig worden uitgevoerd.

• Lateralisatie fase

Fase waarbij de linker of rechter hersenhelft dominant wordt bij het aansturen van het brein, ogen, oren, handen en voeten. De voorkeur voor links of rechts wordt bepaald.

• Ruimtelijke-visueel

Wanneer dit goed ontwikkeld is kunnen kinderen makkelijker datgene wat ze zien benoemen, ordenen, herkennen en er zelfs een structuur en een ruimtelijke oriëntatie aan verbinden.

• Executieve functies

Deze functies zorgen ervoor dat je rationele beslissingen neemt, goed kan focussen en je impulsen onder controle kan houden. Wanneer deze functies minder goed ontwikkeld zijn merk je dat de kinderen moeite hebben met het ordenen van werk, snel afgeleid zijn, moeite hebben met plannen, zij hun werk afraffelen of juist treuzelen.